Jacob Beeker en Linda Heemskerk

Boer en boerin zonder boerderij

Aan Jersey-stierkalfjes zit zo weinig vlees, dat ze normaalgesproken kort na hun geboorte als slachtafval worden afgevoerd. “Dat moet anders!”, dachten Jacob Beeker (41) en Linda Heemskerk (36). Al hadden ze geen land, ze besloten de stieren groot te brengen en het vlees te vermarkten. 
DOOR: CAREN KRUL EN ELLEN WINKEL
FOTO’S: JACOB BEEKER

Daar staan we dan, voor de deur van een ‘gewoon’ rijtjeshuis, met onze zelfgebakken taart. We gingen toch een boer interviewen? Maar Jacob en Linda hebben nog geen boerderij. Hun vier koeien en zestig stiertjes lopen 10 kilometer verderop op weilanden van Het Utrechts Landschap en van Landgoed Vollenhoven in De Bilt. Het prachtige kwaliteitsvlees verkopen ze aan restaurants, natuurvoedingswinkels en via crowdfunding aan particulieren.

Jacob Beeker en Linda Heemskerk met kinderen en Jerseystier
Jacob Beeker en Linda Heemskerk met kinderen en Jerseystier

Jacob vertelt in de woonkamer: “Ik had iets met dieren, al van jongs af aan. En trekker rijden vond ik ook mooi. Daarom ging ik naar de gangbare middelbare en vervolgens hogere landbouwschool, al hadden we thuis geen boerderij. Ik heb stage gelopen bij Jan Dirk van de Voort (van de inmiddels beroemde Remeker kaas). In die tijd was dat nog een gangbaar melkveebedrijf, wel al met de kleine Jersey koeien.”

Na zijn opleiding werkt Jacob acht jaar in de automatisering. “Het was een goede baan, maar ik werd er slap van. Het kriebelde: ik wilde boer worden.” Bijna had hij met Linda een boerderij in Frankrijk overgenomen, maar uiteindelijk besluiten ze in Nederland te blijven. Ook Linda gaat stage lopen bij Jan Dirk en Irene van de Voort. Dat is in de tijd dat de stierenpremie eraf gaat. Jersey stiertjes zijn klein, niemand wil die magere scharminkels hebben. Met ontzetting en ongeloof komt Linda thuis: als ze willen, kunnen ze gaan ‘boeren’ in Nederland met stiertjes die ze van Remeker voor niks kunnen krijgen! In 2011 besluiten Jacob en Linda er werk van te maken. Ze gaan op zoek naar land en afzet. Een aantal stierkalfjes brengen ze onder bij zorgboerderijen. Bij een bijeenkomst in Amersfoort neemt Jacob een kalf mee de zaal in. “Je moet soms iets geks verzinnen om aandacht te krijgen.” De ludieke actie levert niet alleen vleesafnemers op, maar ook vier hectare braakliggende grond van de gemeente Amersfoort, ooit bedoeld voor woningbouw. Linda: “Je krijgt de grond dan wel voor niets, maar vergeet niet dat je hoge kosten hebt aan een goede omheining (ook om de honden buiten te houden) en dat je veel tijd kwijt bent aan voorlichting aan omwonenden en aan heen en weer reizen.”

Jerseystiertjes(1)

Jacob weet dat Landgoed Vollenhoven groentepakketten aanbiedt en belt met de vraag of ze ook vleespakketten willen verkopen. “Vlees wilden ze niet, maar ze bleken wel land over te hebben. We mochten een paar stiertjes in het weitje voor het grote huis laten lopen.” De mooie Jersey kalveren trekken de aandacht. Jacob zorgt goed voor het landgoed door bijvoorbeeld de paden niet kapot te rijden en de afrastering goed bij te houden. Bij evenementen op het landgoed maait hij netjes een stuk wei als parkeerplaats. Zo wint hij vertrouwen en krijgt het aanbod om alle 23 hectare van het landgoed te pachten voor gemiddeld 125 euro per hectare, deels natuurland. Linda vertelt: “Laatst hebben we een deel van de wei niet gemaaid, omdat er nog reekalfjes zaten. Ook onze kalfjes verstoppen zich graag in het lange gras. Niet maaien betekent minder grasopbrengst, maar we kiezen voor de natuur.” Ze krijgen een goede naam en daar rolt een pachtcontract met Het Utrechts Landschap uit: tien hectare natuurgrond voor nabeweiding (€25 per ha, beschikbaar van sept t/m april). Een boswachter van een ander gebied heeft aangegeven ook grond beschikbaar te willen stellen zodra die vrijkomt. Komen deze lappen grond zomaar aangewaaid? Nee, het heeft wel degelijk een lange adem gekost. “Je moet netwerken en aan iedereen laten weten dat je grond zoekt. Na 1 of 2 jaar komt er dan wel wat.”

Jerseystiertjes(3)

Maar uiteindelijk willen ook deze boer en boerin graag met hun kinderen op een boerderij wonen, dichtbij hun vee. En dat is nog wel een uitdaging. “Er stoppen veel boeren, maar vaak wordt het land aan de buren verkocht en blijft de boer zelf in de boerderij wonen.” En als er een locatie beschikbaar is, hikken Jacob en Linda tegen de financiering aan. Triodos Bank wil hen geen lening geven. Jacob: “Banken denken vanuit maatstaven voor standaard landbouwbedrijven. Maar wij hebben geen vleesvee en ook geen melkvee; we maken vleesvee van melkvee. We hopen op korte termijn een andere bank mee te krijgen, want we hebben een goed plan. Enkele particulieren willen ons ook geld lenen.” Linda: “De waarde van ons bedrijf zit niet in de dieren, maar in ons concept, waarmee we iedereen recht in de ogen kunnen kijken.”

Dit verhaal is eerder verschenen in onze publicatie Land: ruimte voor nieuwe boeren.  Je kunt hem hier bestellen.

Menu